De elektronische vrachtbrief (e-CMR) is een belangrijke vernieuwing in de toeleveringsketen: bepaalde operaties worden gedigitaliseerd, de administratiekosten dalen én de administratie wordt gestroomlijnd dankzij de afschaffing van papieren transacties. Deze e-governance oplossing zorgt ook voor accuratere gegevens, snellere facturatie en een betere lokalisatie van goederen en activa doorheen de toeleveringsketen.
Ubidata is een van de zes aanbieders die de strenge ‘proof of concept’-tender tot een goed einde wisten te brengen. Voortaan mag het zich dan ook een volledig erkend aanbieder noemen van het e-CMR Protocol in het pilootproject dat door de overheid ondersteund wordt.
Dankzij e-CMR zullen transportbedrijven voortaan hun gegevens elektronisch en in real time kunnen invoeren, logistieke informatie kunnen opslaan en gegevens kunnen uitwisselen via een GSM of tablet. Dit zorgt voor een transparantere toeleveringsketen en stemt overeen met een volledig papierloze bedrijfsvoering. Daarnaast is het ook veiliger en wordt het makkelijker om goederen te traceren door een daling van de foutenmarge bij het identificeren en bekrachtigen van handtekeningen.
Hoewel er al een logistieke smartphone app in Ubidata’s productgamma zat, werd ons toch gevraagd een ‘proof of concept’-platform in te dienen dat voldoet aan de heel precieze specificaties van de CMR-conventie.
Rudi Van Havermaet, commercieel directeur bij Ubidata: “Bij Ubidata zijn we echt blij dat we één van de slechts 6 bedrijven zijn die deel uitmaken van het e-CMR pilootproject in België. We zijn er ook van overtuigd dat dit een groot concurrentieel voordeel zal bieden aan onze klanten doordat ze makkelijker zullen kunnen voldoen aan bestuurs- en nalevingsvoorschriften. Bovendien sluit het naadloos aan op UbiSMART, onze bestaande oplossing voor smartphones, en kan het geïntegreerd worden in onze programmabundel van telematica- en trackingtools. Kortom, dit is een absolute meerwaarde in onze dienstverlening naar onze klanten toe.”
De e-CMR wordt nu uitgerold in verschillende Europese landen waaronder Nederland, Bulgarije, Tsjechië, Denemarken, Letland, Litouwen, Slovakije, Spanje en Zwitserland. De uiteindelijke bedoeling is om het in 53 landen te implementeren.